Op Curaçao, Aruba en Bonaire waren er in de 19e eeuw particuliere scholen en landsscholen. Kinderen van welgestelden en middenstanders bezochten vooral de particuliere scholen en kinderen van behoeftige ouders de armenscholen. Slavenkinderen bleven tot 1857 van iedere vorm van onderwijs verstoken. Toen de overheid het nut van beschaving en daardoor economische zelfstandigheid voor de armen inzag en er een toenemende vraag naar onderwijs bleek, kon zij daaraan niet voldoen, De katholieke kerk stichtte overal scholen, ook in de buitengebieden. De overheid eiste neutraal niet-leerstellig onderwijs, terwijl de kerk zich vooral bekommerde om het zielenheil van de ‘arme zwartjes’. Tientallen jaren werd het onderwijs verzorgd door veelal onbevoegde zusters en fraters terwijl de katholieke geestelijkheid steeds krachtiger ijverde voor financiële gelijkstelling met het openbaar onderwijs.
Beschaving, bekering en bevoogding is een diepgaand onderzoek naar fundamentele vragen over het onderwijs op de Benedenwindse Eilanden in de periode 1816-1916. Waarom was de overheid tot 1857 tegen elke vorm van schoolonderwijs aan slavenkinderen? Hoe brachten kerk en overheid de West-Europese beschaving over de op verschillende bevolkingsgroepen? Welke argumenten gebruikte de overheid om het Nederlands als verplichte instructietaal voor te schrijven, terwijl het Spaans in het economische verkeer wel zo handig was? Welke betekenis had dit Nederlandse onderwijs voor de ontwikkeling van jongens en meisjes uit de verschillende sociale klassen?
Antwoorden op deze vragen vond Donk in archieven in Nederland, Curaçao en Aruba en in oude Curaçaose kranten. Zo was het mogelijk een ánder en nauwkeuriger beeld te vormen van de ontwikkeling van het onderwijs dan tot nu toe bekend was. Donk vertelt verhalen van landskinderen die opklommen tot onderwijzer of onderwijzeres en zelfs van slaven die na hun bevrijding voor de klas stonden.
Ronald Donk publiceerde de afgelopen vijftien jaar over verschillende thema’s uit de Curaçaose geschiedenis zoals de slavenhandel, slavernij en de geschiedenis van het onderwijs. Zijn beschrijvingen, analyses en conclusies zijn vooral op primaire bronnen gebaseerd.